top of page

Prioritering:


We kunnen niet alles. Of toch niet alles tegelijk. Dat is in het dagelijkse leven van iemand die niet in een voorziening woont, ook zo. We maken keuzes, zetten dingen in een volgorde, of schuiven zelfs een aantal wensen tijdelijk aan de kant.

In het woonzorgcentrum is dat niet anders. Realiteit dwingt ons tot keuzes. Bovendien zijn we niet de droomfabriek. Niet alles moet in 1 beweging gerealiseerd zijn. Er mogen ambities blijven. Er mag perspectief zijn op verdere groei in de toekomst. Dit gesprek gebeurt ook niet 1 keer maar komt regelmatig weer.

Vandaar de vraag: Wat vindt u het allerbelangrijkst ? Als u moest kiezen, wat krijgt dan voorrang ? Let wel: bij de ene bewoner is deze vraag meer nodig dan bij de andere die geen wensen lijkt te hebben.

Belangrijk onderdeel is ook om te komen tot een doelstelling. Welk doel stellen we voorop? Op welke termijn willen we wat voor mekaar krijgen? Hoe we dat gaan doen, is een andere vraag. Die komt verder aan bod.

Bijvoorbeeld
Mevrouw Declerck zou graag terug breien. Dat heeft ze vroeger veel gedaan. Ze denkt echter dat ze het alleen niet meer zou kunnen, dat ze te vaak hulp nodig zal hebben. Bovendien vindt ze gezelschap bij het breien belangrijk. Afgesproken wordt dat bekeken wordt wat er kan gebeuren om haar weer te laten breien. Doelstelling is dat mevrouw in gezelschap weer kan breien.

Is dat geen actie, denkt u wellicht? Nee, er zijn veel wegen te bedenken naar ‘terug breien in gezelschap’. We kunnen in huis gelijkgestemden zoeken en een breiclub starten. We kunnen een familielid of vrijwilliger zoeken die mee wil breien. We kunnen kijken of mevrouw naar de plaatselijke Femmagroep kan gaan. We kunnen bekijken of de plaatselijke femmagroep in huis kan komen breien. En ga zo maar verder…

 

bottom of page